Bij grote of complexe incidenten moeten medewerkers van de hulpverleningsdiensten (brandweer, politie, geneeskundige zorg en bevolkingszorg) vanuit hun dagelijkse werkzaamheden snel kunnen omschakelen naar het samenwerken met elkaar en externe partners die bij het incident betrokken zijn. Om dit gestructureerd te laten verlopen, is de zogenoemde GRIP-structuur ontwikkeld.
Het gecoördineerd regionaal incidenten protocol beschrijft wanneer de crisisteams bij elkaar komen, wat de minimale bezetting van deze teams is en hoe deze onderling samenwerken. Afhankelijk van de omvang van een incident, wordt er besloten naar welk GRIP-niveau er wordt opgeschaald (GRIP-1 tot en met GRIP-5).
Maar hoe wordt het GRIP-niveau nu bepaald? Hieronder lees je per GRIP-niveau wanneer het afgekondigd wordt. Zoals je zult lezen is de GRIP-structuur niet zomaar iets, maar komen er veel verschillende aspecten en partijen bij elkaar om samen grote of complexe incidenten zo effectief mogelijk te bestrijden.