De focus in het thema ‘water’ ligt de laatste jaren vooral op hoog water in de maas en zijrivieren. Maar tijdens de oefenweek van Veiligheidsregio Limburg-Noord was er deze keer een heel ander risico aan de beurt: droogte.
Te weinig water ten tijde van droogte kan namelijk ook voor ingewikkelde problemen zorgen. Bij weinig doorstroming van een beek of rivier hebben gevaarlijke stoffen meteen een sterk effect op de waterkwaliteit. Watervervuiling kan ontstaan door natuurlijke verschijnselen zoals blauwalg, maar ook door de lozing van bijvoorbeeld chemisch afval in de Maas of zijrivieren. Dit kan erg vervelende gevolgen hebben voor de maatschappij.
De Maas als levensader van Limburg
In onze regio profiteren we volop van de Maas. Van de vruchtbare grond langs de maasoevers, tot de ongekende recreatie- en transportmogelijkheden op de Maas. Ook wordt het Maaswater gebruikt om drinkwater van te maken voor de inwoners van Limburg. Het is duidelijk: veel Limburgers voelen zich verbonden met ‘Mooder Maas’.
Maar de Maas kent ook haar gevaren, zoals tijdens de watercrisis van 2021 opnieuw te zien was. Om de waterveiligheid in onze regio te borgen, is een goede samenwerking tussen betrokken partijen belangrijk. Vooral in crisissituaties is deze samenwerking onmisbaar. Daarom investeren we als veiligheidsregio in het inzichtelijk maken van risico’s, het bij elkaar brengen van betrokken partijen en het voorbereiden op deze crisissamenwerking.
Oefening baart kunst
In dit kader werkten we de afgelopen maanden toe naar een grote oefenweek met als thema ‘water’. Samen met waterpartners zoals Waterschap Limburg (WL), Rijkswaterstaat Zuid-Nederland (RWS), Waterleiding Maatschappij Limburg (WML), en uiteraard ook met gemeentes en crisispartners zoals Politie en Defensie.
Het oefenscenario waar deze partners afgelopen week aan hebben gewerkt, focuste zich op een onbekende stof die onbedoeld terechtkwam in de Maas. Het leek erop dat zodra mens en dier in aanraking kwamen met dit vervuild water, door te zwemmen of te drinken, zij er ziek van werden. Niet alleen mens en dier hadden hier last van. Want wat betekent dit voor boeren die hun gewassen besproeien met het water uit de Maas. En wat betekent het voor WML, die dit water mogelijk niet meer kan gebruiken om drinkwater te maken?
Hoe ga je als crisisorganisatie om met zulke situaties? Waar moeten we rekening mee houden? En wat zijn mogelijke scenario’s die kunnen verwachten?
Crisisbeheersing is samenwerken
Om in dergelijke gevallen snel en effectief tot samenwerking te komen, zijn er een drietal zaken heel belangrijk. Ten eerste komt het de samenwerking enorm ten goede als mensen elkaar kennen. Door samen te oefenen, vind je elkaar makkelijker in een situatie wanneer er echt druk op de ketel staat.
Het is daarnaast ook belangrijk dat de betrokken functionarissen kennis hebben over het onderwerp. Niet iedereen hoeft specialist te zijn op ieder onderwerp maar je moet er voldoende over weten om de ander goed te kunnen begrijpen. Tot slot is het belangrijk dat mensen weten wat er van hen verwacht wordt, wat hun mandaat en opdracht is en hoe zij op het juiste moment in actie kunnen komen. Een oefenweek als deze voorziet in alle drie deze elementen en is daarmee een noodzakelijke voorbereiding op mogelijke toekomstige crises.
Terugkijkend op de week blijft het indrukwekkend hoeveel goede en gedreven professionals er paraat staan om in het onverhoopte geval van een ramp of calamiteit.